Hopelijk gaat alles goed met je.
Zo begin ik eigenlijk al mijn brieven standaard – sinds ik in Caribisch Nederland heb gewoond. Want daar kom je nooit direct ter zake. Je stopt, kijkt en luistert even hoe het met de ander gaat. En dat voelt eigenlijk heel erg prettig, na een tijdje. In het begin voelde het onnatuurlijk.
Waarom benoem ik dit eigenlijk – zit je daar wel op te wachten? Misschien niet, maar voor mij is het wel relevant. Want jij noemt Nederland zo ongeveer het beste land ter wereld. Maar voor mij is dat het al lang niet meer.
Met uitzondering van mijn periode in Sint Eustatius heb ik altijd in Rotterdam gewoond en gewerkt als straat- en huisarts. Waar ik ook werkte: ik zag de gevolgen van armoedeproblematiek. Niet alleen mensen die hun rekeningen niet meer kunnen betalen, maar vaker mensen die lijden onder onzekere contracten en lage lonen. Ze hebben geen geld om vrije tijd te kopen, komen vaak niet eens in aanmerking voor hulp en missen de mentale weerbaarheid om de strijd aan te gaan met hun problemen. Ik had alleen nog niet zo goed door hoe onze maatschappij daar zelf debet aan is.
‘we draaien mee in een ziekmakende maatschappij waarin succes een keuze is’
Maar na een tijdje te hebben gewoond op een tropisch eiland waarin tijd nog bestaat, het individu in dienst staat van een gemeenschap en iedereen elkaar kent en voor elkaar zorgt – realiseerde ik me hoezeer we onszelf ziek maken in Nederland. We buffelen, ploeteren, en jakkeren voort – om niet te verdrinken in een zee van schulden. We draaien allemaal keihard mee in waanzin. In een ziekmakende maatschappij waarin succes een keuze is en alles nuttig moet zijn. Winst telt en ideologieën naast de kapitalistische zijn vervlogen. De macht waar jij over spreekt, heeft van onze wereld een meedogenloze machine gemaakt. It’s all about the money.Zal ik je een stukje meenemen in mijn realiteit als straatarts, waar ik mensen zonder zorgverzekering probeer onder te brengen in ziekenhuizen? Aziatische patiënt met persisterende dubbelzijdige oorontsteking, vermoeden oropharynx kanker wordt niet geaccepteerd door een KNO-arts in Rotterdam. Ik bel, leg uit dat er overheidsvergoedingen zijn. Zijn reactie: “Maar die vergoedingen gaan waarschijnlijk naar het ziekenhuis, en wij zijn een maatschap - dus dat geld zie ik niet terug.” Patiënt met asymmetrisch gehoorverlies en hoofdpijn, vermoeden brughoektumor: niet geaccepteerd door KNO arts in een ander ziekenhuis in Rotterdam. Gebeld en gemaild dat er vergoedingen zijn: erna in behandeling genomen.Afrikaanse patiënt met een bloeddruk hoger dan 200, hoofdpijn en problemen met zien: met moeite geaccepteerd door de internist in Tilburg, erna terug gebeld door de zorgmanager dat patiënt níet welkom is.Patiënt met gewichtsverlies, bovenbuik klachten en bilirubine in de urine, vermoeden pancreaskopcarcinoom, geweigerd door een MDL arts en zorgmanager in Brabant. Kreeg onzin verhalen te horen over dat er een officiële vooraanmelding bij de zorgverzekeraar moest worden gedaan en dat het ziekenhuis hier allerlei protocollen voor heeft, moeilijk, moeilijk, moeilijk, bla, bla, bla. Benadrukt dat er één weg is, die naar het ziekenhuis met één geldstroom van de overheid. Dat als zij protocollen hebben die tegen overheidsbeleid ingaan, ik dat in mijn rol als journalist heel interessant vind. Mocht toen toch komen.
‘als je nu aan de verkeerde kant staat, is Nederland inderdaad een wreed en gemeen land’
Ik heb recent nog twee heel zieke mensen gezien met een bloedvergiftiging die ook niet echt met open armen werden ontvangen door internisten in Rotterdam. In hun acuut zieke situatie worstelde ik me door allerlei oordelen heen. Tik tak, tik tak, en de klok tikt door.Ff denken. Vergeet ik nog iets van de afgelopen tijd? Oh ja! Een moeder met ovariumkanker kreeg geen chemo omdat ze niet verzekerd was. Kijk, er gaat ook van alles goed hoor. Geen zorgen. Maar vertel mij niet dat Nederland zo’n gaaf land is, als we er de afgelopen tien jaar alles aan hebben gedaan onze verzorgingsstaat af te breken.
Als je nu aan de verkeerde kant staat, is Nederland inderdaad een wreed en gemeen land. En zijn verantwoordelijkheden inderdaad zo verknipt dat niemand zich meer verantwoordelijk voelt. We leven in een land vol van gedetailleerde regelgeving, procedures, handboeken, richtlijnen, protocollen, standaarden, voorschriften en contracten, gekenmerkt door een nadruk op rationele en economische principes als controle, efficiëntie en winstmaximalisatie. Maar leeg van liefde.
De oude Grieken hadden een andere kijk op de tijd. Ze hadden hun toekomst al achter de rug en keken vooral naar het verleden. Als ik dat doe zie ik geen vooruitgang. Veel van mijn patiënten staan systematisch aan de zijlijn. Zoekend, scheldend, raaskallend en met verward haar. Alsof ze uit de prehistorie zijn gekomen om ons eraan te herinneren dat we met de ‘vooruitgang’ menselijkheid zijn verloren. Terwijl het mijn patiënten zijn die dit leven kleur geven.
Eén derde van alle huishoudens in ons land moeite heeft met rondkomen en 600.000 gezinnen hebben problematische schulden: dit is geen individueel, maar een maatschappelijk probleem. Regelingen om mensen te helpen zijn complex en werken vaker averechts, bijvoorbeeld als toeslagen worden teruggevorderd als je vanuit de bijstand weer gaat werken. Doodnormale sociale- en rechtszekerheden van hard werkende burgers staan steeds meer onder druk, onrechtvaardig, maar verkocht alsof het hun eigen schuld is. Met de participatiewet is afhankelijkheid vernederend gemaakt. ‘Je kan niet werken? Nee, je wíl het niet!’ – lijkt het gedachtengoed bij het UWV te zijn, terwijl mijn patiënten worden gedwongen tot onderbetaald en soms zelfs vernederend werk. Ze gaan daar echt niet beter van werken hoor. Wat er wel gebeurt is dat ze de ambtenaar, de gemeente, de overheid en soms zelfs de wereld als hun vijand gaan zien.
En dat vind ik nu wreed.Want iedere dag weer zie ik hoe een gezinsachtergrond, de sociale klasse, de persoonlijke motivatie en puur geluk bepalen wat iemands bankrekening brengt, dat kinderjaren het belangrijkste toneel voor sociale ongelijkheid vormen en hoe iedereen, echt iedereen, dakloos kan worden. Daarom geloof ik in Collectief Kapitaal – en hoop ik dat dit voorbeeld gevolgd gaat worden.